Sluuspoort krijgt (nog) meer kennis in huis

Bij Sluuspoort en Museum Schoonewelle wordt veel geïnvesteerd in verrijking van kennis. Zo hebben meerdere vrijwilligers hun BHV (bij)scholing inmiddels met succes afgerond. Beheerder Eefje Bols en vrijwilliger Renate de Vries hebben het afgelopen winterseizoen bovendien geïnvesteerd in twee cursussen. Beiden zijn nu officieel ‘Gastvrouw Nationaal Park Weerribben Wieden’ en op korte termijn voegen ze daar het ambassadeurschap van het Nationaal Landschap IJsseldelta aan toe.

Als gastvrouw hebben de dames overigens niet de  primeur, want eerder al behaalden drie andere vrijwilligers van Sluuspoort/Schoonewelle dit certificaat. De cursus Gastheer/vrouwschap Nationaal Park Weeribben Wieden startte ruim zeven jaar geleden. De organisatie is in handen van het Instituut voor Natuureducatie en Duurzaamheid (IVN) in samenwerking met  Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en WaterReijk Weerribben Wieden. De cursus richt zich op ondernemers in of grenzend aan het nationaal park. Ruim 100 personen hebben er inmiddels aan deelgenomen. “In vijf bijeenkomsten hebben wij veel gehoord én geleerd over de geschiedenis, de cultuurhistorie en de veelzijdige natuur van het gebied. Natuurlijk wordt een belangrijk deel van de cursus besteed aan de mogelijkheden en kansen die het nationaal park en de omgeving op toeristische vlak bieden. Belangrijk voor ons is natuurlijk ook dat we de ondernemers leren kennen en in de toekomst meer samen kunnen doen, bijvoorbeeld mooie arrangementen ontwikkelen”, licht Eefje Bols toe.

Eigenlijk is de cursus voor het ambassadeurschap in de IJsseldelta vergelijkbaar. Doelstelling van die cursus is om bewoners en recreatie-, horeca-en ondernemers in de toeristische sector te informeren over de bijzondere waarden van het Nationaal Landschap IJsseldelta. Eefje: “Wij hebben in deze cursus tal van thema’s behandeld, zoals de cultuurhistorie, de Hanzehistorie, agro-toerisme, evenementen en gastvrijheid in de IJsseldelta. Met deze informatie kunnen wij onze gasten vertellen over de bijzonderheden van het gebied en ze wijzen op de bijzondere plekjes. En natuurlijk staat ook hierin weer het netwerken weer op een belangrijke plaats. Op die manier kunnen we elkaar sterker maken.”