Collectie Berthus Klomp

Schoonewelle in Zwartsluis herbergt de grootste verzameling sierklompen van Nederland. Deze kunstzinnige producten zijn gemaakt door Berthus Klomp uit Zwartsluis, die in 1964 overleed. Hij wordt wel de Rembrandt onder de klompenmakers genoemd. Zijn klompen pronken in musea van Moskou tot New York en van Arnhem tot Stockholm.

“Ga maar naar Klomp, die kan je wel helpen”, adviseerden de specialisten in de Zwolse ziekenhuizen als zij niet meer in staat waren patiënten met chronische hoofdpijn en rugklachten van hun ongemakken af te helpen. Berthus Klomp wist er wel raad mee. Zijn remedie was goedkoper en heilzaam: de productie van een paar klompen. Als geen ander wist hij het houten schoeisel zo te prepareren dat de mensen van hun klachten afkwamen.

In zijn meest productieve jaren maakte Berthus Klomp acht paar klompen op een dag. Toen zijn kinderen zelf de kost gingen verdienen, legde de Zwartsluiziger zich meer toe op het vervaardigen van sierklompen. Hij beeldde op een gegeven moment zelfs complete verhalen uit op de klompen. Zo maakte hij het lijdensverhaal van Jezus op klompen van een halve meter lang. In het gemeentelijk museum van Zierikzee staan klompen met daarop afgebeeld de watersnoodramp van 1953.

Toen de Russische partijleider Stalin in de jaren vijftig 70 jaar werd, maakte Berthus Klomp een paar klompen met op de ene een afbeelding van Stalin en op de ander de kop van Lenin. Via de Russische ambassade zijn ze bij Stalin bezorgd. Ze staan nu nog in een museum in de geboorteplaats van Stalin in Georgië.
Van een andere beroemdheid, een zoon van de nog bekendere Madame Curie, vervaardigde de kunstzinnige klompenmaker ook een paar fraaie houten stappers. Dat was de Franse atoomgeleerde Frederik Joliot Curie, die in 1935 de Nobelprijs won. De sierlijke producten van Berthus Klomp zijn de hele wereld overgegaan. Een groot deel daarvan is nu nog bij Schoonewelle te zien.